Het bestuderen van het onderwerp van de moedertaal

DEEL MET VRIENDEN:

Het bestuderen van het onderwerp van de moedertaal
            Onderwerp: "NAMEN IDENTIFICEREN"
Het onderwerp van de les: Identificatie van zelfstandige naamwoorden
Cursus Doelstellingen:
a) educatief: voor studenten de zelfstandige naamwoordgroep, de vragen,
inzicht geven in de functie in de zin;
b) educatief: onderwijs in de geest van liefde voor ouders en vaderland;
c) ontwikkelingsgericht: ontwikkeling van mooie schrijfvaardigheid
ontwikkeling
Cursus:
I. Organisatorisch deel. Groet studenten.
Er wordt geluisterd naar de informatie van de dienstdoende student, mijn student
gereedheid voor de les wordt bepaald. Ze vragen naar de dag, het seizoen en de maand.
Bepaling van de politieke kennis van studenten. Over het vaderland
om gedichten vragen.
II. Versterking van het onderwerp. Thuis van studenten
de gegeven taak wordt gesteld, mondeling vraag-en-antwoord met studenten
en "Wiens raket vliegt sneller?"
er wordt een educatief spel gehouden. Huiswerk wordt gevraagd.
Afscheid moment
BBBBBBBBBBB
bbbbbbbbbbbb
Het kind is dierbaar, zijn manieren zijn dierbaarder dan hij.
III. Beschrijving van het nieuwe onderwerp.
Zelfstandige naamwoorden worden bepaald met behulp van vragen
1. Wie? Een student, een naaister
2. Wat? Potlood, appel
3. Waar? School, Fargana
Oefening 205. Lezen. Identificeer de zelfstandige naamwoorden. Eerst ki m?, dan
wat ? kopieer de zelfstandige naamwoorden die het antwoord op de vraag zijn.
Rana zegt: - Mijn hart dat het land opfleurde,
Wat zijn onze zomer en herfst mooi.
Asom zegt: Zon, maan en sterren!
Nizam zegt: - Dag en nacht!
De wetenschapper zegt: - Mens, dier, bomen!
De wijze man zegt: - Rivier, zee, heuvel, bergen!
Amon zegt: - Haal gas, mijnen uit de grond!
De tijd zegt: - Lucht, zee, bossen!
Ik zal het gedicht expressief voorlezen. Eerst ki m?, dan n ima?
ze vinden de zelfstandige naamwoorden die het antwoord op hun vraag zijn. Van groepen
leerlingen schrijven de oefening op het bord, de rest van de leerlingen
ze kopiëren naar hun notitieboekjes.
Wie? Rana, Asom, Nizam, geleerde, man, wijs, Aman,
Zaman, Shodmon, tuinman, boer, oom, Shavkat, arbeider,
oftewel
Wat? Zomer, zon, maan, dier, rivier, zee, berg, meisje, lucht.
Er wordt een minuut rust gehouden.
Hierin staan ​​de leerlingen op. Multimediaal
er wordt een nummer afgespeeld vanuit de applicatie. Studenten zijn ook samen
ze handelen door te zeggen.
We zwemmen als vissen,
We vliegen als de wind.
Wij zijn wijze kinderen
We vliegen als vogels.
IV Consolidatie van een nieuw onderwerp.
De oefening wordt gelezen en uitgelegd door de leerlingen.
De woorden in de oefening worden in hand-outs aan de leerlingen gegeven
is gegeven.
Groep 1 personen, Groep 2 dingen, Groep 3 natuurverschijnselen
het identificeren van de zelfstandige naamwoorden die hun naam aangeven in hun eigen onafhankelijke notitieboekjes
zij schrijven
Wie zijn de individuen? Student, waterman, boer
Wat zijn dingen? Kolen, horloge, schilderen
Wat zijn natuurverschijnselen? Regenboog, bliksem, regen, mist,
wind, vorst, dauw
Vragen:
Wat betekent het woordboek?
Wie betekent het woord dokter?
Tasjkent vragen?
Hoe heet een paard?
Wat betekent het woord regen?
Beëindig de les door de actieve leerlingen van de les te evalueren.
Huiswerkopdracht: Oefening 207.
Wie? Sanjar, Alisher
Wat? Laf, mus, chittak, musicha, khoda

Laat een reactie achter